Don Bosco

1815

1817

1824

Giovanni Bosco wordt geboren op 16 augustus in Castelnuovo d'Asti, een stadje niet ver van Turijn in Italië

Op de foto zie je zijn geboortehuis. 

Dit is een rampjaar. De vader van Giovanni sterft als Giovanni 2 jaar oud is. Er breekt een harde en moeilijke tijd aan voor Mama Margherita. Ze moet de eindjes aan elkaar knopen en hoewel ze het zelf niet breed heeft, blijft de deur altijd openstaan voor mensen in nood. Bedelaars en armen die aankloppen, vertrekken nooit met lege handen.

De kinderen moeten al heel vroeg gaan werken om hun brood te verdienen. Giovanni wil studeren en priester worden, maar dat kan niet. Toch houdt hij vol. Hij spreekt een oude priester aan, die hem helpt met zijn studies


1831

Ook al is hij verstandig, door de omstandigheden kan Giovanni pas op zijn vijftiende de lagere school afmaken. Hij vertrekt meteen naar de naburige stad Chieri om er aan het secundair onderwijs te beginnen. Giovanni probeert met allerhande klusjes zoveel mogelijk bij te verdienen om zo de kosten voor zijn studie te kunnen drukken. 

Soms gaat hij naar kermissen, waar hij nieuwsgierig naar de vertoningen kijkt. Hij wordt algauw een goede goochelaar en kunstenaar. Hij trekt de aandacht van alle kinderen.

1835

Als Giovanni 20 jaar is, kan hij in Chieri aan de priesteropleiding beginnen.  Het leven is er hard, maar gelukkig kan hij rekenen op zijn vrienden.

1841

Op 5 juni wordt Giovanni in Turijn tot priester gewijd. Voortaan heet hij Don Bosco.

1842

In Turijn ontdekt Don Bosco dat er veel jongeren in de gevangenis zitten. Ze zijn straatarm, wonen in de slechtste omstandigheden en hebben geen familie. Uit armoede en wanhoop beginnen ze te stelen. Zo belanden ze in de gevangenis. Don Bosco vindt dat er andere wegen moeten zijn en start met met een jeugdwerking

Samen met enkele andere priesters richt hij een opvangtehuis op voor jongeren met moeilijkheden. Het was een plaats waar jongeren zich thuis mochten voelen, waar ze catechese kregen, waar ze konden bidden en vieren, waar ze een beroep konden leren en waar ze naar hartenlust konden spelen en ravotten. 

1853

Er breken moeilijke tijden aan: hongersnood en cholera teisteren het land. De jongeren hebben Don Bosco meer dan ooit nodig en hij is er ook voor hen. Hij zorgt ervoor dat ze kunnen studeren en een vak leren. In 1853 opent Don Bosco zelfs zijn eigen werkplaatsen om de jongens tot geschikte medewerkers op te leiden. 

1853

Don Bosco richt een kloosterorde: de Salesianen. Al wie in het klooster treedt, engageert zich om jongeren in de problemen liefdevol op te voeden.

1875

De kloosterorde telt 250 leden en is algemeen bekend. Er vertrekken broeders vanuit de kloosterorde naar andere landen. Het eerste huis in het buitenland wordt in 1875 in Nice geopend. In datzelfde jaar zendt Don Bosco de eerste salesiaanse missionarissen uit naar Buenos Aires (Argentinië). De ideeën van DonBosco verspreiden zich over de wereld!

1888

In de ochtend van 31 januari sterft Don Bosco op zijn kamer in Valdocco. Hij roept zijn medebroeders op om zijn werk verder te zetten. Op dat ogenblik zijn er bijna 750 salesianen werkzaam in 9 landen. 

Godsdienstklas juf Ellen GeBo Bonheiden 
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin