Advent

spelletjes en puzzels

In de advent kijken christenen uit naar Kerstmis. 

advenire (Latijn) = naderen

adventus (Latijn) = komst

De eerste dag van de advent is altijd een zondag. Op die dag begint ook het kerkelijk jaar. 

Licht

Christenen steken tijdens advent vier zondagen lang telkens één kaars meer aan op de adventskrans. De laatste zondag is altijd de zondag vlak voor Kerstmis. De advent kan daardoor ten vroegste op zondag 27 november en ten laatste op zondag 3 december beginnen. 

Het licht van de kaarsen symboliseert dat er meer licht in de donkere winterperiode komt. Elke week komen we dichter bij de geboorte van Jezus, het Licht van de wereld.

En wie hoog bezoek verwacht, bereidt zich natuurlijk voor. Het huis wordt versierd. Er wordt een kerstboom gezet en er hangen overal lichtjes. Alles wordt klaargemaakt om de gast in optimale omstandigheden te verwelkomen. Hij zal aan kleine dingen merken dat hij verwacht wordt. 

Groen

Ook in de Kerk bereidt men zich voor op de komst van het Licht. In vele parochies en kerken zijn de krans en de vier kaarsen het meest opvallende symbool van deze verwachting. De dennentakken, hulstblaadjes, … zijn altijdgroene takken. Zelfs in de winterperiode, wanneer andere bomen verdord zijn, blijven ze groen. De groen kleur staat symbool voor het leven en de hoop. 

Rood

De rode kleur tijdens de kersttijd verwijst naar vrede, liefde en vriendschap.

Krans

De vier kaarsen worden meestal op een ronde vorm vastgemaakt, een krans.

Deze vorm wijst op het steeds terugkeren van de 4 jaargetijden: lente, zomer, herfst en winter.

Het staat symbool voor de levensvernieuwing: dood en leven die elkaar voortdurend afwisselen.

Liturgische kleur = paars

Advent is niet enkel een tijd van uitzien, maar ook van inkeer. Zo draagt de priester bijvoorbeeld in deze adventstijd een paars kazuifel. Paars is de kleur van bezinning, boete en bekering. 

Aftellen met een adventskalender

Om af te tellen naar het feest van Kerstmis kopen of maken sommige mensen ook een adventskalender.

1ste leerjaar

Ik kan vertellen over mijn ervaring met 'aftellen naar Kerstmis'.

Ik kan vertellen hoe christenen zich voorbereiden op het geboortefeest van Jezus: Wat is advent? Hoe ziet een adventskrans eruit?

Ik weet dat Maria de mama is van Jezus. 

2de leerjaar

Ik weet hoe adventskrans er uit ziet: rood, groen, licht en krans.

Ik kan me inleven in het verhaal van de engel Gabriël.

Ik kan vertellen wat Welzijnszorg is.

3de leerjaar

Ik ken de symboliek van de adventskrans: rood, groen, licht en krans.

Ik kan vertellen wat advent voor mij betekent.

4de leerjaar

Ik ken de symboliek van de adventskrans: rood, groen, licht en krans.

Ik kan deze symbolen herkennen in de verhalen over het Joelfeest.

Ik ken de adventscampagne Welzijnszorg en ik kan vertellen hoe deze actie licht kan brengen in het leven van mensen van de 'vierde wereld'.

5de leerjaar

Ik kan me inleven in het geboorteverhaal van Johannes De Doper.

6de leerjaar

Ik kan me inleven in de profeet Johannes De Doper.

Adventsliedjes